In de jaren '50 en '60 werd de krachtcentrale uitgebreid. Van oorsprong werd de centrale volledig op kolen gestookt. Het nieuwe deel, dat grotendeels op standby stond, liep echter op gas. Door protesten over vervuiling door kolencentrales werd in 2007 gesloten. De centrale was op dat moment verantwoordelijk voor 10% van het totale CO-2 uitstoot van België.
De energiecentrale ligt aan de oever van de een rivier, aan de ene kant staat de enorme koeltoren en aan de andere kant centrale zelf. Heet water vanuit de centrale wordt naar de koeltoren gepompt. Daar loopt het via de trompet over in een aantal brede loopbakken: de spaken die vanuit het midden van de koeltoren naar buiten uitstralen. Deze staan in verbinding met een groot aantal straalsgewijs geplaatste overloopbekkens. In deze bekkens staan weer porseleinen trechters waardoor het water vanuit de bakken naar beneden loopt. Hier valt het op kleine koperen schotels die het water naar de ontelbare schuingeplaatste houten latten laten druppelen. Dit hele systeem van bekkens en druppelaars is bedoeld om het hete water zoveel mogelijk in beweging te brengen en met lucht in aanraking te laten komen. Als het water voldoende is afgekoeld wordt het of terug naar de fabriek of de rivier ingepompt. Als het water echter nog steeds te warm is gaat het opnieuw de koeltoren in. De hoge schoorsteen zorgt voor een natuurlijke trek die de overtollige waterdamp in de vorm van wolken uit de toren laat ontsnappen.
Tegenwoordig is het muisstil in de koeltoren, alles is bezaaid met een dikke laag groen mos.
De centrale is imens groot, overal lopen buizen en staan grote generatoren om de energie op te wekken. Schijnbaar was men bezig met groot onderhoud op het moment van sluiten, aangezien één van de generatoren opengewerkt was om de turbine een servicebeurt te geven. Om alles op de foto te krijgen heb je meerdere dagen nodig, zo veel is er te zien.
|